Yangoon en Inle Lake
Inmiddels dinsdag 13 mei. Terug weer de berg af, met de truck. Geen achtbaan meer die me iets doet na deze ervaring. Toch komen we heelhuids aan in Bago waar de bus weer staat te wachten om ons heerlijk comfortabel terug te brengen naar Yangoon. Onderweg stoppen we bij Shwemaw pagode en bij Kyaik pagode. Deze laatste is bekend door de vier gigantische zittende boeddha's. Alvorens naar het hotel te rijden nog een stop gemaakt bij oorlogsbegraafplaats, de grootste van Myanmar met 3617 graven van krijgsgevangen die aan de "dodenspoorlijn" of Birmaspoor moesten werken.
Woensdag 14 mei worden we weer verplaatst. Deze keer met vliegtuig naar Heho en vandaar naar Nyang Shwe. De gids hebben we achter moeten laten en hier krijgen we een andere. Na de koffie worden we bij het Inle Lake gebracht, waar we in twee bootjes het meer opgaan. De vissers op dit meer zijn gekend om hun speciale manier van peddelen, die klemmen ze om hun been. Op die manier hebben ze twee handen vrij voor hun visnetten. Heel bijzonder om te zien. Ook bijzonder zijn de drijvende tuinen. Met bladeren wordt een eilandje gemaakt, daar grond cq blubber op, nog meer bladeren en na een jaar is een drijvende laag van ca een meter die met bamboe palen op hun plaats worden gehouden. Hier worden vooral tomaten op verbouwd. Daarna komen we in het dorp waar alle huizen op palen staan, een soort Venetië maar dan anders. We bezoeken nog het Nguphae Chang Monastry, eveneens op palen. Vroeger bekend vanwege de katten die door brandende hoepels moesten springen. Er zijn nog veel katten, de hoepels gelukkig niet meer. Ook hier weer vele boeddhabeelden. Na de lunch worden we op regenbui getrakteerd, hetgeen hier betekend dat het water er met bakken uit komt en na een uurtje schijnt dan de zon weer. We bezoeken nog een zilversmid en een soort weverij waar een soort stof wordt sponnen uit de vezels van lotusstengels. Dit is zeer intensief en er zijn veel stengels voor nodig, een klein sjaaltje van deze stof kost snel $ 100,- Dan is het tijd om terug te gaan naar het hotel en te dineren.
De volgende dag staat een fietstocht op het programma. We fietsen door het prachtige landschap wat ook heuvelachtig is. Ik heb wat moeite, doordat ik mijn enkel al enkele dagen nauwelijks belast, merk ik minder kracht in dat been. Het duurt even, maar ook ik fiets de tocht uit. Onderweg nog langs hot spring, stelde niets voor, een marktje bezocht, waar ik mijn rust heb genomen en door dorpje Khaung Daing gelopen. Hier maken ze snacks, zoals tempura crackers (gewoon in open lucht). De terugtocht na de lunch is gelukkig weer per boot. 's Avonds lekker gegeten in een local tentje, we bestellen van alles wat om uiteindelijk wel zo'n € 2,50 af te rekenen.
